This site uses cookies.
Ick schreiv nooidt fauten
Cel Overberghe (Antwerpen 1937) is in de Belgische naoorlogse kunst een geval apart. Schilder, musicus en dichter. Iets wat hem door fijnslijpers die het beter dachten te weten, voor onmogelijk werd gehouden. Je was volgens hen of schilder, of musicus of dichter, maar nooit alle drie tegelijk. Omdat hij het recht opeiste om deze drie disciplines samen uit te oefenen, werd hij door die kortzichtige critici nooit au sérieux genomen, wat hem op de weg naar succes behoorlijk wat parten speelde. Toch is hij nooit geplooid voor die beter wetende, lakens uitdelende bonzen, die dachten de kunstgeschiedenis te moeten zuiveren van te gulzige mee-eters.
Daar zijn zij gedeeltelijk in geslaagd, door de tafelspringers, die zich een vorm van genialiteit aanmaten, constant te bevoordelen met ronkende artikels in de meeste kranten.
En Cel Overberghe, hij ploegde voort, ondanks dat je hem geen boer kunt noemen. De laatste jaren begint daar verandering in te komen dankzij een ruimer denkende generatie van jonge critici, die wel de zon in het water kunnen zien schijnen voor dat soort van verguisde vrijbuiters.
Ook op literair gebied beginnen de oren stilaan open te gaan van hen die hem nooit het recht hebben gegund dat hij verdiende. Olie drijft altijd boven, zegt men met rede.
M.M.
Sous-titre | Gedichten 2023-2024 |
---|---|
ISBN | 9789464445954 |
Année | 2024 |
NUR | 306 |
Format | 120 x 200 mm |
Nombre de pages | 80 p. |